Baarmoederhalskanker kan worden opgespoord met een uitstrijkje. Dit is een onderzoek naar eventuele afwijkende cellen van de baarmoedermond en baarmoederhals. Als er afwijkende cellen gevonden worden, verwijst uw huisarts u voor verder onderzoek naar de gynaecoloog. U krijgt dan een zogenoemde colposcopie. Dit is een onderzoek waarbij de gynaecoloog de baarmoedermond met een soort microscoop onderzoekt. Zo nodig neemt de gynaecoloog ook een klein stukje weefsel weg. Als na onderzoek van dit weefsel blijkt dat u baarmoederhalskanker heeft, verwijzen we u meestal naar het CGOA (Centrum voor Gynaecologische Oncologie Amsterdam) in Amsterdam.
Voor behandeling en controle van zogenoemde laaggradige afwijkingen (stadium 1A) kunt u wel in Noordwest terecht.
De casemanager: uw vaste aanspreekpunt
Voor, tijdens en na uw behandeling is de casemanager uw vaste aanspreekpunt. U kunt op haar werkdagen (uitgezonderd feestdagen) altijd bij haar terecht voor advies, voorlichting en uitleg over de behandeling. De casemanager werkt nauw samen met uw gynaecoloog en de andere betrokken zorgverleners van het behandelteam.
Heeft u niet kennisgemaakt met uw casemanager? Neem dan contact op met de polikliniek gynaecologie of stuur een mail naar casemanager.gynaecologie@nwz.nl.
‘Lastmeter’ voor ondersteuning
De diagnose ‘kanker’ en de behandeling kunnen diep in uw leven ingrijpen. Dit geldt ook voor de mensen in uw omgeving. U krijgt daarom de zogenoemde Lastmeter aangeboden. Dit is een vragenlijst met daarin onder andere een soort thermometer waarmee u uw lichamelijke en eventuele psychosociale klachten in kaart kunt brengen. De Lastmeter kan u helpen in gesprek te gaan met uw zorgverlener(s) over problemen die u door uw ziekte ervaart. U vindt de Lastmeter ook op www.lastmeter.nl. Bekijk hieronder het filmpje over de lastmeter.