Slokdarmkanker is kanker die in de slokdarm ontstaat. De medische term hiervoor is oesofaguscarcinoom. Bij slokdarmkanker zit een kwaadaardige tumor in de slokdarm, het orgaan tussen de keel en de maag. Als u eten doorslikt, glijdt het via de slokdarm de maag in.
Wat merkt u van slokdarmkanker?
In het begin veroorzaakt slokdarmkanker meestal geen klachten. Naarmate de ziekte zich uitbreidt wel.
U kunt last krijgen van de volgende klachten:
- het gevoel dat uw eten niet goed de slokdarm inzakt, maar blijft steken achter het borstbeen (passageklachten)
- het gevoel dat er bij het slikken een prop in de weg zit (slikklachten)
- minder eetlust
- gewichtsverlies
- een pijnlijk en/of vol gevoel
- duizeligheid en vermoeidheid
- een teerachtige, pikzwarte ontlasting
- het braken van bloed
- langdurige hikklachten of hoestklachten
- voedsel en/of zure maaginhoud die weer omhoog komt tijdens en na het eten
Oorzaken en risicofactoren van slokdarmkanker?
De precieze oorzaak van slokdarmkanker is niet bekend. Slokdarmkanker is dan ook nooit helemaal te voorkomen. Wel zijn er risicofactoren die de kans groter maken.
De belangrijkste risicofactoren van slokdarmkanker zijn:
- roken en alcohol drinken
- jarenlang brandend maagzuur (reflux)
- overgewicht
- leeftijd boven de 50 jaar en mannelijke geslacht
Andere mogelijke risicofactoren voor het ontstaan van slokdarmkanker zijn:
- bestraling: als de slokdarm in het bestralingsgebied zit. Zoals bij een lymfoom
- irritatie van de slokdarm door andere ziekten
- ernstige beschadiging van de slokdarm, bijvoorbeeld door hele hete dranken of schadelijke stoffen zoals loog
Uitzaaiingen bij slokdarmkanker
Kwaadaardige cellen kunnen losraken van de tumor. Via het bloed of het lymfestelsel kunnen ze ergens anders in het lichaam terecht komen. Dit noemen we uitzaaiingen of metastasen. Slokdarmkanker kan uitzaaien naar de lymfeklieren, de lever en de longen. Uitzaaiingen naar andere plekken, zoals de bijnieren en de botten, zijn zeldzamer. Maar ze komen wel voor.
Onderzoeken
Om te onderzoeken of er misschien een tumor in de slokdarm zit, krijgt u vaak eerst een kijkonderzoek van de slokdarm en maag (gastroscopie). Als tijdens dit onderzoek een afwijking in de slokdarm is gezien die mogelijk kwaadaardig is, wordt hiervan stukjes weefsel (biopten) genomen. De patholoog onderzoekt dit weefsel onder de microscoop om vast te stellen of het slokdarmkanker is. Vervolgens wordt een PET-CT-scan van het hele lichaam gemaakt.
Daarnaast kunnen er meer onderzoeken nodig zijn om vast te stellen of het om slokdarmkanker gaat, hoe groot de tumor is en of er uitzaaiingen zijn. Van uw arts hoort u welke onderzoeken voor u van toepassing zijn.