Lymfklierkanker komt voor in 2 hoofdgroepen: Hodgkin lymfoom (ziekte van Hodgkin) en Non-Hodgkin lymfoom. Het verschil is dat het Hodgkin lymfoom grotendeels 1 soort lymfklierkanker is, terwijl er veel verschillende Non-Hodgkin lymfomen zijn.
Het onderscheid wordt gemaakt door de grote tumorcellen in de aangetase lymfklier bij het Hodgkin lymfoom, maar vooral ook omdat Hodgkin lymfoom zich anders gedraagt en anders wordt behandeld dan de Non-Hodgkin lymfomen.
Non-Hodgkin lymfoom
Non-Hodgkin lymfoom is dus een verzamelnaam voor verschillende vormen van lymfklierkanker. De ziekte komt op alle leeftijden voor, maar meestal bij mensen ouder dan 45 jaar. De ziekte is bij een deel van de patiënten volledig te genezen.
Wat merkt u van Non-Hodgkin lymfoom?
Zwelling van lymfklieren kan veroorzaakt worden door deze ziekte. De lymfklieren worden over het algemeen langzaam groter.
U kunt verder last krijgen van:
- huidafwijkingen
- maag- of buikpijn
- neus- en keelklachten
- benauwdheid
- verwardheid
- onbegrepen gewichtsverlies
- ernstig nachtzweten
- onbegrepen koorts
Hoe wordt de diagnose gesteld?
De hematoloog neemt een stukje weefsel (biopt) uit de afwijkende lymfklier of aangedane plek. Dit weefsel wordt in het pathologisch laboratorium door de patholoog onderzocht op afwijkende cellen.
Als u de ziekte heeft zal de specialist u verder onderzoeken en bekijken in welk stadium de ziekte zich bij u heeft ontwikkeld. Dit doet de specialist door:
- Lichamelijk onderzoek
- Bloedonderzoek
- Röntgenfoto’s van hart en longen
- CT-scan van hals, borst en buik
- Eventueel een PET-scan
- Beenmergonderzoek
- Aanvullende testen van aangedane gebieden
- Ziektegeschiedenis doorspreken (Anamnese afnemen)
Welk type Non-Hodgkin lymfoom u heeft, blijkt uit het weefselonderzoek. Van uw hematoloog krijgt u uitgebreide informatie hierover en over de behandelmogelijkheden.