terug naar nwz.nl

Bottumoren

Bottumoren kunnen ontstaan vanuit het beenweefsel, zowel uit kraakbeen als bot, of uit weefsels die in de botten aanwezig zijn zoals bloedvaten en bindweefsel. Een bottumor kan goedaardig of kwaadaardig zijn.

Goedaardige bottumoren
Goedaardige tumoren groeien niet door andere weefsels heen en de cellen verspreiden zich niet door de rest van het lichaam. Wel is het mogelijk dat door de groei gezond weefsel wordt verdrukt, dit kan pijnlijk of hinderlijk zijn. In overleg met u beslist een chirurg of de tumor verwijderd moet worden.

Kwaadaardige bottumoren: botkanker 
Als de kankercellen woekeren en doorgroeien naar ander omliggend weefsel, dan gaat het om een kwaadaardige tumor. Ook hierbij kan de tumor het omliggende weefsel verdrukken, wat pijn kan veroorzaken. Bij kwaadaardige tumoren kunnen de tumorcellen zich verspreiden via de lymfevaten of via de bloedvaten, zodat er uitzaaiingen (metastasen) ontstaan van de tumor in andere delen van het lichaam. Met onderzoek zoals MRI-scan, CT-scan en eventueel PET-scan, kan worden gekeken waar de tumor zit, hoe groot de tumor is, hoever de tumor in het omliggend weefsel zit en hoe de relatie is met de zenuwen en bloedvaten. Op basis hiervan kan een voor u passend behandelplan worden vastgesteld.

Wat merkt u van bottumoren?
Bij een bottumor kunt u pijn krijgen. Pijn is vaak eerste aanleiding om onderzoek naar de oorzaak te doen. Uw huisarts verwijst u voor bottumoren naar een orthopedisch chirurg. 

Hoe wordt de diagnose gesteld?
U krijgt onder andere een röntgenonderzoek en MRI-onderzoek. Als er sprake is van (een verdenking op) een bottumor wordt u meteen doorverwezen naar één van de gespecialiseerde centra in Nederland. Daar krijgt u dan verdere onderzoeken en behandelingen.