Steeds meer onderzoeken laten zien dat bewegen tijdens de chemotherapie goed voor je is. Het beweegprogramma van Noordwest Ziekenhuisgroep kan je helpen om elke dag te bewegen. Ook wanneer dat moeilijk voor je is.
Vermoeidheid, misselijkheid en conditieverlies. Als kankerpatiënt die chemotherapie volgt, kun je last krijgen van vervelende bijwerkingen. René Bakker komt in zijn werk als casemanager longoncologie bij Noordwest met veel kankerpatiënten in contact. Hij probeert hen te activeren om meer te bewegen. 'Steeds meer wetenschappelijke onderzoeken laten zien dat bijvoorbeeld wandelen en fietsen kan bijdragen aan een sneller herstel van de bijwerkingen van chemotherapie.'
Stimulans
Sommige patiënten hebben stimulans nodig om in beweging te komen. René vertelt: 'Veel patiënten zijn, nu ze ziek zijn, alle zekerheden in hun leven kwijt. Ze zijn onzeker over wat ze aan kunnen.' De bijwerkingen zorgen er ook voor dat mensen minder energie hebben. Veel mensen doen het daarom rustig aan na de chemotherapie. 'Een paar dagen rust is ook goed. Maar om minder moe en misselijk te zijn na de behandeling, is het juist beter om regelmatig rustig te bewegen.' Andere patiënten deden voor hun ziekte al veel aan beweging. 'Die mensen moeten juist een beetje worden afgeremd om ervoor te zorgen dat ze niet hun eigen grenzen overgaan.'
Beweegprogramma
Om kankerpatiënten te activeren om meer in beweging te komen, is het oncologisch centrum van Noordwest Ziekenhuisgroep een beweegprogramma gestart. 'Mijn collega's van de afdeling oncologie en ik informeren patiënten over het beweegprogramma. Mensen kunnen er zelf voor kiezen om mee te doen.' Het programma is individueel en wordt afgestemd op de mogelijkheden van de patiënt. René ziet veel voordelen aan het programma. 'Over het algemeen zijn de bijwerkingen van mensen die meedoen minder heftig dan mensen die niet meedoen. Zij zijn minder misselijk en hebben meer energie.'
Zelf invloed
Door mee te doen aan het programma, kunnen patiënten zelf invloed uitoefenen op hun herstel. De borgschaal waar deelnemende patiënten gebruik van kunnen maken, helpt om te bepalen hoe intensief de bewegingen voor hen zijn. 'De schaal meet de inspanning van de patiënt. Op die manier kunnen zij zelf bepalen hoe zwaar het bewegen is.' René stelt wel: 'Het beweegprogramma verricht natuurlijk geen wonderen. Hoe het programma bij jou aanslaat, is afhankelijk van de aard van de klachten. Heb je nog steeds veel last en pijn, dan betekent het natuurlijk niet dat je het niet goed hebt gedaan.'
Extra ondersteuning
De aansluiting met het Netwerk Oncologische Zorg maakt het doorverwijzen van patiënten naar specialisten mogelijk. Deze specialisten, waaronder diëtisten, psychologen en fysiotherapeuten, kunnen de patiënten ondersteunen bij het beweegprogramma. René legt uit: 'De aangesloten hulpverleners bij het netwerk weten veel over chemotherapie en de bijwerkingen. Zij kunnen goed inschatten welke vorm en intensiteit van beweging bij de patiënt past. Een fysiotherapeut kan de patiënten bijvoorbeeld ondersteunen bij hun oefeningen. Zo gaan mensen niet over hun eigen grenzen heen en krijgen ze bijvoorbeeld niet te veel last van vermoeidheid of spierpijn.'
Thuis bewegen
Het beweegprogramma oncologie is toegankelijk en laagdrempelig voor de patiënten. 'Een voordeel is dat de patiënten het beweegprogramma zelf thuis kunnen volgen, eventueel samen met de partner, een vriend of vriendin of met familie. Ook kan het bewegen een fijne afleiding zijn. Wanneer mensen thuiszitten, gaan ze vaak nadenken en piekeren. Het beweegprogramma zorgt ervoor dat ze er even uit zijn. Ze kunnen er al mee beginnen in de eigen achtertuin.'